50b KLEURDWERG - tekening

Genetische symbolen voor lotharingertekeningzwart:

aBCDEEn

(Int)

ABCDgK

(Duits)

aBCDEen

ABCDgk

 

Groep 2.

Tekening

Pos.

Onderdeel

Punten

1

Gewicht

10

2

Type, bouw en stelling

20

3

Pels en pelsconditie

20

4

Kop en oren

15

5

Tekening

15

6

Kleur

15

7

Lichaamsconditie en verzorging

5

 

Totaal

100

 

Het land van oorsprong is Nederland. Is in Nederland erkend in 1940

 

1.Gewicht 
Het gewicht is 800 tot 1150 gram.

Puntenschaal voor het gewicht:

 

Gewicht

800 - 870 gram

880 - 940 gram

950 - 1100 gram

1110-1150 gram

punten

8

9

10

9

 

2.Type, bouw en stelling 
Het type is geblokt (typegroep D), met zeer korte hals (zogenaamd halsloos), fraaie ronde contouren en goed gevulde achterhand. De benen zijn recht, kort en stevig. De voeten zijn kort en goed gesloten. Het ras is middelhoog gesteld. Een juiste stelling toont de aanwezige rasadel.
De kop is krachtig ontwikkeld, met brede snuit en goed ontwikkelde kaken en wangen .De staart is klein en smal en wordt nauwsluitend tegen de achterhand gedragen.

 

3. Pels en pelsconditie
De pels is iets korter dan normaal, dicht ingeplant en heeft een normale hoeveelheid onderhaar en is iets fijn van structuur.

Pelsconditie: zie het algemene gedeelte.

 

4. Kop en oren.
De kop is bolvormig met breed voorhoofd en sterk gebogen neusbeen. De kaken en snuit zijn breed en sterk ontwikkeld. De ogen zijn groot en uitspringend.

De oren zijn fijn van structuur met lichtelijk afgeronde oortoppen en worden strak en nauwsluitend gedragen. De inplanting is zo nauw mogelijk. De oren zijn dicht en zeer kort behaard. De oorlengte is 4 – 6 cm, ideaal is ongeveer 5,2 cm. Aaneengesloten vormen de oren een vlak in de vorm van een gelijkbenige driehoek.

 

5. Tekening
Erkend in:

Lotharingertekening in de kleuren zwart, bruin en blauw.

Hotôttekening. Japannertekening. Rhöntekening.

Hollandertekening in de kleuren konijngrijs, blauwgrijs, zwart, bruin, blauw en madagascar.

Rustekening in de kleuren zwart, bruin en blauw.

 

Lotharingertekening

Koptekening: De koptekening bestaat uit vlinder, doorn, oogringen, wangstippen en oorkleur. De vlinder, waarvan de vleugels de onderkaak zeer dun omzomen, bestaat uit twee gelijke en gelijkvormig afgeronde vleugels. Deze zijn op beide zijden van de snuit geplaatst, eindigen in de mondhoeken en zijn strak begrensd. De doorn is aan de bovenzijde fraai afgerond, bevindt zich op het midden van de neusrug en heeft een lengte van ongeveer 5 mm. De oogringen zijn goed omsloten en hebben overal dezelfde breedte. De beide wangstippen bevinden zich op de plaats van het alleenstaande wanghaar op elke wang. Ze zijn rond of ovaal van vorm, rond heeft de voorkeur. De oren zijn gekleurd en de begrenzing is zo strak mogelijk.

 

Rhöntekening

De tekening bestaat uit vlekken, strepen en punten. De tekening is gelijkmatig over lichaam, kop, oren en benen verdeeld. In het totale kleurenbeeld overheerst wit in geringe mate over de tekening. De staart is wit of gekleurd.

 

Rustekening

Bij de rustekening omvat het masker bij voorkeur de onderkaak. De kleur op de achterbenen strekt zich uit tot 1 à 1,5 cm boven de hiel. Zie verder het ras Rus.

 

6. Kleur tekening

Rhöntekening

De basiskleur is parelwit veroorzaakt door de chinchillafactor. De kleur van de tekening is grijszwart tot zwart. Hoe intenser en helderder de kleuren zijn des te beter is het kleurenbeeld. De oogkleur is donkerbruin. De nagels zijn hoornkleurig tot donkerhoornkleurig. De snorharen hebben de kleur van het tekeningbeeld, waarin ze staan.

 

De kleuren van de overige tekeningbeelden staan bij de betreffende rassen.

7. Lichaamsconditie en verzorging
Zie het algemene gedeelte

Lichte fouten

Lotaringertekening: zie Groot Lotharinger, echter met de volgende aanpassingen. Oorbegrenzing welke wat hoog begint, maar nog geen 1 cm van de oorbasis verwijderd is. Wat vlekjes bij de ooraanzet en die zich niet hoger dan 1 cm vanaf de oorbasis uitstrekken. Onderbroken aalstreep voor de schouderbladen in de nek. Onderbroken aalstreep onder de opgeslagen staart.

 

Rhöntekening: Het ontbreken van de tekening op één oor of op beide voorbenen. Iets drukke tekening. Iets grove tekening. Iets verwaterde tekening. Gedeelde koptekening, zoals bij het Eksterkonijn.Iets gele of bruine aanslag. Iets matte kleur tekening. Iets lichte kleurtekening. Iets lichte nagelkleur.

 

Lichte fouten van de overige tekeningbeelden zie de betreffende rassen.

Zie verder lichte fouten Kleurdwerg kleur (50a) en in het algemene gedeelte.

 

Zware fouten

Lotharingertekening: zie Groot Lotharinger, echter met de volgende aanpassingen. Oplopend wit en losstaande witte vlekjes in de oren op meer dan 1 cm vanaf de oorbasis. Gebroken aalstreep in het gedeelte boven de opgeslagen staart tot de schouderbladen. Eén of meer kettingvlekken. Hieronder worden verstaan vlekken, die zich op de voorste helft van de zijden bevinden en 1,5 cm of meer vanaf de begrenzing van de aalstreep zijn gelegen. Minder dan 2 vlekken op één of elke zijde. Onder zijdevlekken worden vlekken verstaan, die zich op de achterste helft van de zijden bevinden en minstens 1,5 cm van de aalstreep staan.

 

Hotôttekening: Oogomzoming minder dan 2 of meer dan 5 mm.

Zie verder het ras Witte van Hotôt.

 

Rhöntekening: Geheel ontbreken van de tekening op de kop. Geheel ontbreken van de tekening op beide oren. Kruisgewijze gedeelde koptekening en oortekening, zoals bij het Eksterkonijn. Te grote tekeningsvelden. Velden zonder tekening met een grootte van meer dan een kwart van het lichaam. Sterk verwaterde kleur tekening. Afwijkende kleur. Kleurloze nagels.

 

Zware fouten van de overige tekeningbeelden: zie de betreffende rasssen.

Zie verder zware fouten Kleurdwerg kleur (50a) en in het algemene gedeelte.

speciaalclub

Overzicht konijnenrassen

projectCH2018

 

 


Kleurdwerg (tekening)

Lotharinger-tekening

a. Koptekening. Vlinder. De vlinder, waarvan de vleugels de onderkaak zeer dun omzomen, bestaat uit twee gelijke en gelijkvormig afgeronde vleugels, welke op beide zijden van de snuit geplaatst zijn, in de mondhoeken eindigen en scherp begrensd zijn. Doorn. De doorn is aan de bovenzijde fraai afgerond en bevindt zich op het midden van de neusrug. Een goede lengte van de doorn is die van ca. 6 mm. Oogringen. De oogringen zijn goed gesloten en overal van dezelfde breedte. Ze zijn vrij van zogenaamde uitlopers, haken of tranen. Wangstippen. De beide wangstippen bevinden zich op de plaats, waar zich het alleenstaande wanghaar op elke wang bevindt. Zij zijn rond of ovaal van vorm; de ronde vorm heeft de voorkeur. Oren. De oren zijn gekleurd, de begrenzing aan de wortel is zo scherp mogelijk. De koptekening is verder vrij van alle vlekjes of vlekken (vliegentekening). Een reine kop behoort bij een ideaal dier.
b. Lichaamstekening. Aalstreep. De aalstreep begint direct achter de oren in de nek en verloopt, zonder enige onderbreking als een scherp begrensde streep over de rug tot aan de staartwortel. Hoe gelijkmatiger en gladder deze streep verloopt, hoe beter. Een goede breedte voor de aalstreep is ongeveer 1,7 cm. De bovenzijde van de staart heeft dezelfde kleur als de aalstreep en vormt zodoende de voortzetting daarvan tot aan het uiteinde van de staart. Zijdetekening. De vlekken van de zijdetekening zijn op beide zijden van het lichaam regelmatig verdeeld en gelijk in aantal. Als ideaal geldt 3 tot 6 vlekken op elke zijde. Slechts die vlekken meetellen, die minstens 1,5 cm van de aalstreep verwijderd staan, zodat er tussen aalstreep en zijdetekening een vrij, wit kleurveld overblijft. Ook mogen ze niet te dicht bij elkaar staan of samenhangend zijn. De zijdetekening valt binnen de achterste helft van de romp; een
tekening welke daarvoor valt, wordt als kettingtekeningbeschouwd. Het ideaal vormen fraaie, ronde scherpbegrensde vlekken ter grootte van ongeveer 1 cm middellijn, met een maximum van 1,5 cm. De kleur is wit, waarop de hierboven beschreven tekening duidelijk uitkomt. De lotharingerdwerg is erkend in de kleuren zwart, bruin en blauw.

Rhön-tekening

De tekening bestaat uit vlekken, strepen en punten. Deze tekening moet gelijkmatig over het lichaam, kop, oren en benen verdeeld zijn. De staart mag wit of gekleurd zijn. De grondkleur is wit. De tekening mag grijs/zwart tot zwart zijn, hoe intenser en helderder hoe beter. De ogen zijn donkerbruin en de nagels licht tot donkerhoornkleurig.

Witte van Hotôt-tekening

Om de ogen bevindt zich een zwarte omzoming die, inclusief de oogleden een breedte heeft van 3-5 mm met een ideale breedte van 4 mm. De oogomzoming dient strak belijnd te zijn, zonder onderbreking en vrij van uitlo-pertjes. Aangezien de Witte van Hotot geen lichaams-tekening heeft, in tegenstelling tot andere tekeningrassen, wordt de intensiteit van de zwarte oogomzoming aan een nadere beschrijving onderworpen en als waardevol onderdeel gehonoreerd. De zwarte kleur dient zo diep mogelijk te zijn, waarbij de kleur van de oogleden deze moet ondersteunen. De kleur van de pels moet over het gehele lichaam helder wit zijn met fraaie glans, zonder gele of grijze aanslag of inmenging van anders gekleurde haren of vlekken. De kleur van het oog is zuiver donkerbruin. De kleur van de nagels zijn kleurloos.

Japanner-tekening

Het ene oor behoort zwart of minstens donker gekleurd te zijn. Het andere oor moet overwegend geel zijn of min-stens licht gekleurd. De ene kophelft moet zoveel mogelijk zwart (donker) zijn, de andere geel (licht) gekleurd. De scheidingslijn loopt strak belijnd zo mogelijk over het mid-den van de kop. De kleurvelden vormen een contrast met de orenkleur, dus een licht oor op de donkere kophelft en een donker oor op de lichte kophelft. Borst en voorbenen mogen aan een zijde gelijk of averechts gekleurd zijn. De donkere borsthelft met het donkere been onder de lichte kophelft en wederkerig de lichte borsthelft met het lichte voorbeen onder de donkere kophelft. Achter de schouders begint om het lichaam de zwarte en roodgele bandtekening, ook wel zebratekening genoemd. Deze moet zo mogelijk lopen tot over de achterhand en scherp uitkomen. Lopen deze banden tot onder de buik door, dan verhogen zij de kwaliteit van het dier. Wat betreft de tekening wordt nog enige soepelheid betracht. De kleuren van de tekeningbeelden zijn: zuiver intens zwart en roodgeel. Ze moeten zo min mogelijk in elkaar overvloeien. De buikkleur en de onderzijde van de staart is meestal wit tot crème gekleurd. Als ideaal wordt het doorlopen van de roodgele kleur op de buik en de onderzijde van de staart beschouwd. Eveneens geldt dit voor de binnenzijde van de voor- en achterbenen. De bovenzijde van de staart en achterbenen zijn van gemengde roodgele en zwarte kleur. De oogkleur is donkerbruin. De nagelkleur is hoornkleurig.

Hollander-tekening

a. De kopplaten moeten zich aan beide zijden van de kop gelijk en cirkelvormig om de ogen afronden. Zij mogen in geen geval verder reiken dan de snorharen of deze raken. Deze kopplaten bedekken de wangen tot en met de kaakrand en mogen niet doorlopen tot op het lichaam. Zij komen achter de eveneens gekleurde oren in een rechte lijn samen, zonder daartussen wit te vertonen en vormen de gesloten nek.
b. De bles. Het scherpe aanvangspunt begint ter hoogte van de oorwortel midden op het voorhoofd, het snijpunt van de beide ronde kopplaten. De vorm van de bles wordt bepaald door de vorm van de kopplaten.
c. De bandtekening is de scheiding tussen het witte- en het gekleurde deel van het lichaam, ongeveer op het midden van het lichaam. Het witte deel omvat de voorbe-nen, omgeeft de hals en strekt zich uit tot achter de schouder. Op het midden van het lichaam vormt zij een rechte lijn rondom het lichaam, de band. Deze scheidings-lijn mag niet te kort bij de voorbenen komen en deze in geen geval raken.
d. De manchetten vormen de tekening om de achtervoeten. De achtervoet behoort ongeveer voor de helft wit gekleurd te zijn. De begrenzing is recht, loopt rondom de gehele voet en aan beide benen van gelijke grootte. De manchet is te kort, indien een of meer tenen rondom niet meer geheel wit gekleurd zijn, zij zijn te lang als het wit verder loopt dan de achtervoet. Wat betreft de tekening wordt nog enige soepel-heid betracht. De Hollander-tekening is bekroningwaardig in konijngrijs, blauwgrijs, zwart, bruin, blauw en madagascar. Bij blauw en bruin verdient de donkere tint de voorkeur.

Rus-tekening

De snuittekening, "masker", moet de gehele snuit omvat-ten. Aanvangende op het midden van het neusbeen, onge-veer ter hoogte van de ogen, vormt zij een gebogen lijn, die, onder de onderste ooghoeken door, zonder deze ech-ter te raken, in een loodrechte lijn aan beide zijden van de kop naar beneden gaat en zich verder uitstrekt over de onderkaak. In geen geval mag de tekening op het neusbeen in een scherpe punt eindigen. Ook een afgeplat masker is foutief. De ideale vorm is die gelijk aan het stompe einde van een ei. Het masker is scherp begrensd zonder kartelingen en haken. Het geheel is vrij van witte haren, van schimmel en van roest. De oren zijn diepzwart van kleur en aan de wortel scherp begrensd, vrij van witte haren, schimmel of roestplekken. De benen, zowel de voor- als achterbenen, zijn zuiver zwart. De zwarte kleur moet minstens ¾ van de lengte der voorbenen in beslag nemen, bij de achterbenen strekt deze kleur zich uit tot 1 à 1/2 cm boven het spronggewricht (hiel). De staart is zuiver zwart. De Rus is erkend in de kleuren zwart, bruin, blauw (geheel overeenkomstig bovenstaande beschrijving, waarbij het zwart is vervangen door blauw. De blauwe kleur moet zo intensief en zuiver mogelijk zijn. Als ideaal geldt de kleur van de blauwe Wener), alsook in bruin (geheel overeenkomstig bovenstaande beschrijving ,waarbij de kleur van de Havanna als ideaal geldt). De oogkleur is rood. De kleur van de nagels varieert van hoornkleurig tot zwart, zulks verband houdend met de kleur van de extremiteiten.

speciaalclub

Overzicht konijnenrassen

projectCH2018