Brabanter krielen |
|||||||
C: 11-17 | |||||||
Herkomst: In Nederland gefokt uit Nederlandse Baardkuifhoenkrielen en grote Brabanters. Algemene indruk: Dwerghoen met vaste, smalle, zijdelings afgeplatte kuif, die het oog volkomen vrij laat en een volle, uitgesproken driedelige baard. Vormbeschrijving |
|||||||
Romp Kop
Kam
Kuif
Snavel
Baard
Kinlellen
Oorlellen Ogen Hals
Rug & Zadel
Borst
Vleugels Schouders Staart
Achterlijf Dijen Loopbenen Tenen Bevedering |
Vrij krachtig ontwikkeld, gestrekt, naar achteren iets smaller wordend. Middelgroot, tamelijk breed tussen de ogen, zonder schedelverhoging. Gezicht rood, grotendeels bedekt door de baard. Tweehoornig, de hoorntjes 1 ½ à 2 cm, kegelvormig spits toelopend in een punt, van terzijde gezien ongeveer boven de ogen staande en onmiddellijk voor de kuif geplaatst. De hoorntjes staan V-vormig op de laag gewelfde kambasis; fijn van weefsel; helderrood van kleur. Rechtopstaand, vast en zijdelings afgeplat; tamelijk spits en smal van boven. De voorste kuifveren bij voorkeur iets naar voren buigend. Middellang; krachtig, enigszins gebogen aan de punt, iets opengespalkte en verhoogd liggende neusgaten (de neusdop). Variërend van licht- tot donker hoornkleurig al naargelang de kleur van het gevederte. Vol, dicht bevederd, niet te zwaar, sterk ingesnoerd, waardoor een driedelige baard ontstaat, de wangen bedekkend en naar achteren boven de ogen reikend. Liefst geheel ontbrekend, anders nauwelijks ontwikkeld en bedekt door de baard. Klein, wit, geheel door de baard bedekt. Kleur variërend van oranjerood tot roodbruin naargelang de kleurslag. Ruim middellang, rechtop gedragen, licht gebogen; halsbehang en hals-kraag goed ontwikkeld, vol en vrij dik aangezet tot vlak bij de kop. Ruim middellang met goede breedte over de gehele lengte; iets aflopend, in een ronde hoek overgaand in de staart; zadel breed; zadelbehang rijk ontwikkeld. Vol, breed, vrij gerond, diep en van terzijde gezien enigszins naar voren gedragen. Tamelijk krachtig ontwikkeld, vrij goed aangetrokken gedragen. Goed gerond. Rijk ontwikkeld, middelhoog gedragen; stuurveren breed en tamelijk gespreid; sikkels lang, breed en gebogen; staartdekveren talrijk, vrij breed en voldoende ontwikkeld. Matig diep met normale donspartij. Goed ontwikkeld, middellang, goed uit elkaar geplaatst. Middellang Vier tenen, kleur variërend naargelang de kleurslag. goed gesloten. |
||||||
Eventuele verschillen tussen haan en hen Behoudens secundaire geslachtskenmerken geen verschillen van betekenis. De kamhoorntjes van de hen zijn 1/2 tot 1 cm. Ernstige fouten Onvoldoende baardontwikkeling; te bolle, te losse of te grove kuif; te grove of sterk misvormde kamhoorntjes; ontbreken van één of beide kamhoorntjes; duidelijk zichtbare kinlellen, te hoge staartdracht. Ontbreken van verhoogde neusgaten. Te laag gedragen vleugels. Fouten Bovenstaande ernstige fouten in mindere mate voorkomend. Niet voldoende zijdelings afgeplatte kuif. Kamvlees voor de neusdop. Ongelijke kamhoorntjes.
Kleurslagen: Zwart: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 99 van de Algemene Kleurbeschrijving. Baard en kuif zwart. Snavel zwart of zwartachtig hoornkleurig. Loopbenen en tenen donker leiblauw met zwarte gloed op de schubben bij jonge dieren. Wit: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 98 van de Algemene Kleurbeschrijving. Baard en kuif wit. Snavel licht hoornkleurig. Loopbenen en tenen blauwgrijs tot leiblauw. Gezoomd blauw: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 101 van de Algemene Kleurbeschrijving. Baard en kuif gezoomd blauw. Snavel donker hoornkleurig. Loopbenen en tenen donker leiblauw. Koekoek: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 104 van de Alg. Kleurbeschrijving. Baard en kuif koekoek getekend. Snavel hoornkleurig wit. Loopbenen en te-nen vleeskleurig wit tot lichtgrijs, bij hennen zijn enige donkergekleurde schubben toegestaan. Goud zwartgetoept: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 85 van de Alg. Kleurbeschrijving. Baard en kuif goud zwartgetoept. Snavel donker hoornkleurig. Loopbenen en tenen leiblauw. Zilver zwartgetoept: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 86 van de Alg. Kleurbeschrijving. Baard en kuif zilver zwartgetoept. Snavel donker hoornkleurig. Loopbenen en tenen leiblauw. Geel witgetoept: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 87 van de Alg. Kleurbeschrijving. Baard en kuif geel witgetoept. Snavel licht hoornkleurig. Loopbenen en tenen leiblauw. c 01-17 |
|||||||
speciaalclub |
|||||||