SILVER APPLEYARD EENDEN

c 03-17

 

Herkomst:
Groot-Brittannië. Door Mr. Reginald Appleyard gefokt als nutras en ontstaan uit geselecteerde kruisingsproducten.
Algemene indruk:
Een grote, sierlijke landeend met iets opgerichte houding.
Vormbeschrijving
Romp: lang, fors, breed en goed gerond met een iets opgerichte houding.
Kop: in verhouding met het lichaam niet fors, goed geronde schedelvorm met iets gewelfd voorhoofd.
Ogen: vol met levendige uitdrukking, glanzend.
Snavel: vlak, vrij lang, vanaf de schedel in een soepele lijn iets hol naar de punt lopend.
Hals: recht, middelmatig lang, vrijwel verticaal gedragen.
Rug: lang, breed en naar de flanken goed gerond, iets naar achteren aflopend.
Borst: vol, breed en goed gerond.
Buik: goed ontwikkeld met vol achterlijf, goed gerond.
Vleugels: vrij groot, krachtig en vast tegen het lichaam gedragen.
Staart: goed ontwikkeld, gesloten en iets boven de ruglijn gedragen.
Poten: middelmatig lang, krachtig, goed onder het lichaam geplaatst.
Gevederte: vol en vast aanliggend.
Eventuele verschillen tussen woerd en eend
De woerd heeft goed ontwikkelde lokken; de legbuik bij de eend is goed, doch zonder overdrijving ontwikkeld.


Ernstige fouten:
Te geringe grootte; te smalle bouw; te horizontale- of te opgerichte houding; te lange en op de rug gekruiste vleugeleinden.
Fouten:
Bovenstaande ernstige fouten in mindere mate voorkomend; te weinig gewelfd voorhoofd; te zwaar ontwikkelde, de grond rakende legbuik bij de eend.


Gewicht: Woerd: 3,5 — 4,0 kg. Eend: 3,0 — 3,5 kg.
Ringenmaat: Voor beide geslachten: 18 mm.


Kleurslag:
Zilver wildkleur: bij de Silver Appleyard is door gerichte selectie op onderdelen een iets afwijkend kleur- en tekeningpatroon ontstaan dan is aangegeven onder kleurcode 4 van de Alg. kleurbeschrijving.
Kleur en tekening van de woerd
Kop: groenglanzend met enig wit of geelbruin doormengd. Onder de wangen en aansluitend aan de keel een zilverwitte vlek welk doormengd is met fijne gele kleurspatjes.
Snavel: geel, groene aanslag toegestaan; snavelnagel: donker hoornkleurig.
Ogen: donkerbruin.
Hals: aan de voorzijde een zilverwitte keelvlek welke doorloopt tot onder de wangen (halvemaan-vormig) doormengd met fijne geelbruine kleurspatjes. De achterzijde van de hals is groenglanzend, iets boven het midden van de hals een scherp begrensde zilverwitte gesloten halsring.
Vleugels: boeg en boog: iedere veer zilverwit met een grijsbruin midden.
Vleugeldekveren: roodbruin met fijne zilverwitte zoom.
Kleine slagpennen: vanaf de begrenzing met de vleugelbandveren naar bet einde glanzend blauw, daarna een zwarte- en eindigend in een witte band. Deze banden vormen tezamen de vleugelspiegel. Vleugelbandveren: zilverwit aan de basis, vervolgens een groenglanzend zwarte- en een witte band, welke de bovenste spiegelzoom vormt.

Grote slagpennen: bruingrijs met zilverwitte omzoming.
Rug: bovengedeelte grijs vermengd met bruin, elke veer wit gezoomd, naar de staart toe voorzien van enige groene glans.
Staart: donker grijsbruin, afgezet met een witte rand; lokken: groenglanzend zwart.
Borst: glanzend roodbruin, voorzien van een fijne, zilverwitte zoming, doorlopend tot op de flanken en schouders.
Buik: zilverwit.
Flanken: vanaf de borstkleur doorlopend glanzend roodbruin met zilverwitte zoom, naar bet einde toe in breedte toenemende zoming.
Poten: oranje tot oranjerood.
Kleur en tekening van de eend
Kop: zilverwit met donkerbruine kruin. Vanaf de snavelaanzet loopt een geelbruin getekende bruine streep welke achter het oog eindigt, in welke streep het oog zich bevindt.
Snavel: oranjebruin; snavelnagel: bruin.
Ogen: donkerbruin.
Hals: voorzijde zilverwit, achterzijde vanaf de koptekening tot op de schouders bruin met geelbruine tekening, een zogenaamde aalstreep.
Vleugels: boog, boeg en vleugeldekveren: zilverwit met een zwakke tekening, tezamen een lichte vlek tonend.
Bovenste kleine slagpennen: lichtbruin met bruine tekening.

Kleine slagpennen: vanaf de begrenzing met de vleugelbandveren naar het einde van de veer glanzend blauw, daarna een zwarte- en eindigend in een witte band. Deze banden vormen tezamen de vleugelspiegel.

Vleugelbandveren: zilverwit aan de basis, vervolgens een groenglanzend zwarte band, die zilverwit gezoomd mag zijn en een witte band, welk de bovenste spiegelzoom vormt.
Rug: crèmewit met bruine tekening, naar de stuit toe meer bruin gevlekt.
Staart: lichtbruin, afgezet met een lichte rand.
Borst: zilverwit.
Buik: zilverwit.
Flanken: crème tot zilverwit met bruine tekening (kleurspatten), welke tekening niet mag overheersen.
Poten: oranje tot oranjerood.
Ernstige fouten bij de woerd:
Ontbreken van de witte keelvlek; onvoldoende onder de wangen doorlopende witte vlek; geheel groene kop; ontbreken van de vleugelspiegels en spiegelzomen; veel te sterke zoming van de borstveren; onvoldoende doorlopen van de borstkleur op de flanken en schouders; afwijkende snavel- en pootkleur.
Fouten bij de woerd:
Bovenstaande fouten in mindere mate voorkomend.
Ernstige fouten bij de eend:
Ontbreken van de koptekening en aalstreep; te donkere kleur van de tekening; ontbreken van de vleugelspiegels en spiegelzomen; afwijkende snavel- en pootkleur.
Fouten bij de eend:
Bovenstaande ernstige fouten in mindere mate voorkomend; te zwakke flanktekening.

   

speciaalclub

rassenoverzicht

Fokkers Frisia