15.

Patrijs goudflitter

c 01-17

overzicht kleurslagen

·       Kleur en tekening van de haan

Kop: oranjerood.

Hals: halsbehang goudachtig, iedere veer voorzien van een smalle, door een goudkleurige nerf in tweeën gescheiden groenglanzende zwarte schachtstreep, bijna evenwijdig lopende aan de veerrand; de schachtstreep eindigt dicht bij het einde van de veer in een punt; veren aan de voorzijde van de hals zwart.

Rug en schouders: goudrood.

Zadelbehang: goudachtig, bij voorkeur zonder schachtstreeptekening.

Staart: stuurveren zwart; sikkels, bijsikkels en staartdekveren groenglanzend zwart.

Vleugels: boeg zwart; vleugelband groenglanzend zwart.

Grote slagpennen: zwart met een smalle, bruine rand aan de buitenvaan.

Kleine slagpennen: binnenvaan en punt zwart, buitenvaan bruin, zodat bij gesloten vleugel een bruine vleugeldriehoek gevormd wordt.

Borst: zwart met een smalle, lichtbruine omzoming; lichtbruine punt toegestaan.

Buik, achterlijf en dijen: zwart met goudkleurige omzoming.

Dons: donkergrijs.

·       Kleur en tekening van de hen

Kop: oranje-roodbruin.

Hals: halskraag goudachtig , iedere veer voorzien van een smalle door een goudkleurige nerf in tweeën gescheiden groenglanzende zwarte schachtstreep evenwijdig lopende aan de veerrand en eindigende in een punt dicht bij het einde van de veer.

Schouders, rug, zadel en vleugels: gelijkmatige geelbruine grondkleur met een fijne, regelmatige zwarte pepering en een witgele schacht. Iedere veer heeft een scherpe, in de breedte gelijkmatige, glanzende gouden omzoming (flitter). Deze omzoming is ook op de dijveren aanwezig. Grote slagpennen: zwartbruin met smalle grijsbruine buitenvaan. Kleine slagpennen: buitenvaan, gelijk aan de schouders; binnenvaan zwartbruin.

Staart: stuurveren zwart met geelbruine tekening overeenkomstig de grondkleur.

Borst: zoveel mogelijk egaal roodbruin.

Achterlijf en dons: bruinachtig asgrijs.

ü  Ernstige fouten bij de haan

Halsbehang te bruin of te geel; te donker op vleugels; te weinig tekening in borst en dijen; te gevlekte borst; wit in vleugels bij jonge dieren; doorbroken halstekening.

ü  Ernstige fouten bij de hen

Brede of doorbroken halstekening; te veel roest op vleugels; te grove pepering of te donkere grondkleur van de rug- en vleugelveren; te lichte flitterkleur; onvoldoende flitter.

o   Fouten bij haan en hen

Bovenstaande ernstige fouten in mindere mate voorkomend; bovendien bij de haan onvolledig gekleurde vleugeldriehoek.