10. |
Koekoekroodpatrijs |
|
c 01-17 |
||
· Kleur en tekening van de haan Hals en zadelbehang, bovenrug, schouders en vleugelband warm roodachtig geel met lichtgrijze koekoektekening. Een lichtgrijze tint op de rug is toegestaan. Grote slagpennen: donker blauwgrijs, overdwars boogvormig onderbroken door licht blauwgrijze banden; bruine zweem is toegestaan. De buitenvaan van de kleine slagpennen die de vleugeldriehoek vormt is geelbruin en grijswit getekend Borst en buik: geel tot licht roodachtig met lichtere koekoektekening, een grijze zweem is toegestaan. Staart: donker blauwgrijs. overdwars boogvormig onderbroken door lichtgrijze banden, bruine zweem is toegestaan. Donskleur: grijs. · Kleur en tekening van de hen Halsbevedering goudgeel met zwarte schachtstreep die door een flauwe, lichtgrijze koekoektekening onderbroken wordt. Lichaamsbevedering licht roodpatrijs met vlokachtige koekoektekening die op de vleugels als lichte toeptekening kan voorkomen. Geelachtige flittertekening is toegestaan . Borst: roodachtig geel. Donskleur: grijs. ü Ernstige fouten bij de haan Een koekoek gekleurde en getekende borst- en buikbevedering; ontbrekende geelrode kleur in de lichaamsbevedering; onvoldoende kleur en tekening in de vleugeldriehoek. ü Ernstige fouten bij de hen Overheersend grijze kleur in de lichaamsbevedering, zwarte bovennekbevedering, anders dan roodachtig gele borstbevedering. o Fouten bij haan en hen Geringe afwijkingen in kleurdiepte en tekening. |
||