Cochins

 c: 04-20  

Herkomst: In het Verre Oosten ontstaan, doch in Europa en Amerika tot zijn huidige kwaliteiten gebracht.

Algemene indruk: Een rijk bevederd hoen, dat door zijn overmatige donsontwikkeling nog zwaarder toont, dan het in werkelijkheid is. De lichaamshouding neigt iets naar voren. De dons-ontwikkeling, aansluitend bij de volle beenbevedering, is zó rijk, dat deze bijna de grond raakt, vooral bij de hennen.

Vormbeschrijving

Romp

Kop

 

 

Kam

 

 

Snavel

Kinlellen

Oorlellen

Ogen

Hals

 

Rug &

Zadel

 

 

 

Borst

Vleugels

 

 

Schouders

Staart

 

 

 

Achterlijf

Dijen

 

 

 

 

Loopbenen

 

 

 

 

Tenen

 

Bevedering

Breed en diep; overal gerond met enigszins “gedoken”houding.

Vrij kort, breed, diep, overstekend boven de ogen, goed afgescheiden van het begin van de hals; gezicht glad en zoveel mogelijk vrij van haarachtige veertjes; levendig rood.

Enkel, vrij klein tot nauwelijks middelgroot, recht en rechtop; fraai gewelfd on overeenstemming met de kopvorm, 5 kampunten; vrij van rimpels, fijn van weefsel; levendig rood.

Kort, stevig aan de basis, gebogen aan de punt; geel.

Vrij lang, fraai gerond, dun, fijn van weefsel; levendig rood.

Glad, goed gevormd, fijn van weefsel; levendig rood.

Matig groot, zachtmoedige uitdrukking; roodbruin.

Kort, vol, goed geproportioneerd, fraai gebogen, halsbehang lang en overvloedig, sierlijk de schouders en rug bedekkend.

Kort tonend, zeer breed en fraai overdwars gerond, vlak tussen de schouders, de laatste verborgen onder het halsbehang; zadel oplopend vanaf de basis van het halsbehang, zeer breed en overdwars gerond, zeer vol en rijk bevederd; zadelbegang de vleugeleinden bedekkend, volkomen aansluitend aan de staartdekveren.

Naar voren gedragen, zeer vol, goed gerond, zeer breed en diep.

Klein, goed opgetrokken en gesloten gedragen; vleugelboeg omsloten door de borstveren, vleugeleinde schuilgaande onder het zadelbehang; grote en kleine slagpennen breed.

Breed.

Staartpartij kort, goed gespreid aan de basis, van onderen gesteund door een overvloed van zachte veren; sikkels kort, goed gerond en omgeven door staartdekveren en kleine sikkelveren, waardoor de staartpartij zoveel mogelijk wordt bedekt; zadel en staart zacht, rond en massaal; staartstuurveren breed.

Goed gevuld met zachte donsontwikkeling.

Flink uit elkaar geplaatst en recht, matig lang, fors, hoe meer overvloedig, zacht uitstaand gevederte langs de dijen hoe beter. Hakken bedekt met buigzame veren, welke aan het hielgewricht binnenwaarts buigen, vrij van gierhakken.

Kort en stevig, beenbevedering aanvangende juist beneden het hielgewricht, de voorzijde en de zijkant van de loopbenen bedekkend, het bovenste gedeelte van de loopbeenbevedering van onder de dijbevedering uitgroeiende en zich voortzettende tot in de voetbevedering, de bevedering van de dijen, loopbenen en tenen moet zonder onderbreking harmonisch in elkaar overgaan; 4 krachtige tenen; midden- en buitentenen tot het einde zwaar bevederd; loopbenen en tenen diep geel.

Lang, breed en vol; donspartij zacht, vol en overvloedig.

Eventuele verschillen tussen haan en hen

Behoudens secundaire geslachtskenmerken geen verschillen van betekenis. De bevedering en donsontwikkeling bij de hen is zo mogelijk nog voller dan bij de haan. Het volle, brede zadelkussen van de hen vormt het hoogste punt van de staartpartij.

Ernstige fouten

Gierhakken; gedeeltelijk onbevederde loopbenen; niet tot het einde bevederde buitentenen; onbevederde middenteen; onvoldoende donsontwikkeling; smalle, zwakke bouw; te geringe grootte; anders dan gele beenkleur.

Fouten

Bovenstaande ernstige fouten in mindere mate voorkomend. Te grote kopversierselen bij de hen.

Gewicht

Ringenmaat

Haan:  4 – 5 kg

Haan:  32 mm

Hen:  3,5 – 4 kg

Hen:  27 mm

Kleurslagen:

Buff: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 103 van de Algemene Kleurbeschrijving.

Wit: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 98 van de Algemene Kleurbeschrijving.

Meerzomig patrijs: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 23 van de Algemene Kleurbeschrijving. Loopbeen- en teenbevedering bij de haan zwart, bij de hen grijsachtig geelbruin met zwarte zoomstreepjes evenwijdig aan elkaar en aan de rand van de veer.

Zwart: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 99 van de Algemene Kleurbeschrijving. Enige donkere aanslag op de snavel is toegestaan, evenals op de kleur van de benen, in het bijzonder bij de hennen, mits de kleur van de voetzool geel is.

Blauw (ongezoomd): Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 100 van de Alg. Kleurbeschrijving. Enige donkere aanslag op de snavel is toegestaan, even-als op de kleur van de benen, in het bijzonder bij de hennen, mits de kleur van de voetzool geel is.

Koekoek: Kleur en tekening van haan en hen, zoals aangegeven onder nr. 104 van de Algemene Kleurbeschrijving.

Zwart witgepareld: Kleur en tekening van haan en hen, zoals omschreven onder nr. 95 van de Algemene Kleurbeschrijving. Te veel wit in de voetbevedering wordt als fout aangerekend.

speciaalclub

overzicht kippenrassen

overzicht dwerghoenders