4. Groot Chinchilla

 

c 02-21

Rasinformatie
Oorsprong: Zowel in Duitsland als Engeland werd dit ras gefokt. In Duitsland uit albino’s en wildkleurige (augouti) konijnen en in Engeland uit de (klein)Chinchilla uit Frankrijk en Vlaamse reuzen.


Gewicht: tussen de 3,5 en 5,5 kilo.


Kleuren: Witte tussenkleur met een duidelijke zwarte ticking. De buik moet wit zijn. De grondkleur (het dichtst op de vacht) is donkerblauw.


Karakter: Rustig konijnenras met een gelijkmatig temperament.


Bijzonderheden: Vrij grote nesten en snelle ontwikkeling van de jongen. Op internationaal niveau is er geen echte standaard voor dit ras, formaten en benamingen verschillen nog wel eens.

speciaalclub

Overzicht konijnenrassen

Fokkers Frisia

 

 

 

 

 4. GROOT CHINCHILLA

Genetische symbolen:

ABcch DE

achBCDG

 (Int.)

(Duits)

ABcch DE

achBCDG

Pos.

Onderdeel

Punten

1.

Gewicht

10 punten

2.

Type, bouw en stelling

20 punten

3.

Pels en pelsconditie

20 punten

4.

Kop en oren

15 punten

5.

Dek- en buikkleur

15 punten

6.

Tussen- en grondkleur (rozet)

15 punten

7.

Lichaamsconditie en verzorging

5 punten

 

TOTAAL

100 punten

c 02-21 

 

Het land van oorsprong is Frankrijk. Is in Nederland erkend in 1927

 

 

1. Gewicht : Het gewicht is 3,50 tot 5,50 kg.

Puntenschaal voor het gewicht:

 

Gew. (kg)

3,50 – 4,00

4,00 – 4,50

4,50 – 5,50

Punten

8

9

10

 

2. Type, bouw en stelling

De Groot Chinchilla is een kloek, fors dier. Het type is gestrekt (typegroep A). De bouw is breed en goed gevuld in voor- en achterhand. De hals is krachtig en niet lang. De benen zijn kort en krachtig. Het ras is middelhoog gesteld. Een juiste stelling toont de aanwezige rasadel.

Bij overjarige vrouwelijke dieren is een geringe wamaanzet of halskraagje toegestaan.

 

3. Pels en pelsconditie

De pels is van normale lengte, zeer dicht ingeplant en zeer rijk aan onderhaar. De dek- en grannenharen zijn enigszins elastisch van structuur.

Pelsconditie: zie het algemeen gedeelte.

 

4. Kop en oren

De kop is krachtig ontwikkeld met een breed voorhoofd, goed ontwikkeld neusbeen, brede snuit en goed ontwikkelde kaken en wangen. De oren zijn stevig van structuur met lepelvormige afgeronde oortoppen, zijn goed behaard en worden V-vormig gedragen. De oorlengte is 12 – 15,5 cm, ideaal is 13-14 cm. Het geheel in harmonie met het lichaam.

 

5. Dek- en buikkleur

De dekkleur wordt gevormd door lichtgrijze dekharen, die voorzien zijn van een zwarte top (ticking). De verdeling van deze zwarte haartoppen is onregelmatig. Hoe onregelmatiger hoe beter. De lichtgrijze kleur met zwarte, onregelmatige ticking strekt zich uit over kop, oren, dek, borst, zijden, voorzijde voorbenen en de buitenzijde van de achterbenen. De triangel is klein en wit. De oren zijn zwart omzoomd. De bovenkant van de staart is donker door een sterkere zwarte ticking dan die van de dekkleur. De buikkleur is wit, evenals de onderzijde van de staart, de achterzijde van de voorbenen, de binnenzijde van de achterbenen, de onderzijde van de kop en de oorringen. De oogkleur is donkerbruin. De nagels zijn donker hoornkleurig. De snorharen zijn zwart, met uitzondering van de snorharen in de kaakrand. Deze hebben de kleur van de kaakrand.

 

6. Tussen- en grondkleur (rozet)

De tussenkleur is wit, ongeveer 5 mm breed, scherp begrensd en aan de bovenzijde voorzien van een smalle scherp begrensde zwarte ring.

De grondkleur van het dek is blauw. Deze blauwe grondkleur is breder dan de witte ring van de tussenkleur. De grondkleur van de triangel is blauw. De grondkleur aan de buik is donkerblauw.

 

7. Lichaamsconditie en verzorging : Zie algemene gedeelte.

 

Lichte fouten

Geringe afwijking in type. Geringe afwijking in bouw. Iets slappe pels. Iets weinig onderhaar. Iets lichte dekkleur. Iets lichte borstkleur. Iets lichte beenkleur. Iets lichte kleur op flanken. Ticking dek iets egaal. Tickimg dek iets licht. Iets donkere ticking dek. Iets grote triangel. Iets lichte nuancering op de voorbenen. Iets lichte oogkleur. Iets lichte nagelkleur. Enkele witte snorharen uitgezonderd de snorharen in de kaakrand. Tussenkleur iets smal. Tussenkleur iets breed. Tussenkleur iets onscherp begrensd. Tussenkleur niet helderwit. Iets lichte grondkleur dek. Iets lichte grondkleur buik.

Zie verder lichte fouten in het algemene gedeelte.

 

Zware fouten

Grote afwijking in type. Grote afwijking in bouw. Te slappe pels Te weinig onderhaar. Te lichte dekkleur. Te egale dekkleur. Te donkere dekkleur. Te lichte kleur op borst. Te lichte kleur op benen. Te lichte kleur op flanken. Te grote triangel. Te veel lichte nuancering (witte strepen) op de voorbenen. Gele triangel. Bruine kleur in gekleurde lichaamsdelen. Te lichte oogkleur. Te lichte nagelkleur. Te veel witte snorharen, uitgezonderd de snorharen in de kaakrand. Tussenkleur te smal. Tussenkleur te breed. Tussenkleur te wazig begrensd. Grauwe tussenkleur. Bruine tussenkleur. Te lichte grondkleur dek. Te lichte grondkleur buik. Bruine grondkleur dek. Bruine grondkleur buik.

Zie verder zware fouten in het algemene gedeelte.

speciaalclub

Overzicht konijnenrassen

 

       

 

 

 

 

 

GROOT CHINCHILLA